Inkomensondersteuning en bedrijfskrediet
Vanuit de Tozo kunnen zelfstandigen een beroep doen op inkomensondersteuning en een lening voor bedrijfskapitaal.

De regeling, die speciaal gemaakt is voor de coronacrisis, lijkt op de bijstand voor zelfstandigen (Bbz). Zo zijn de bedragen die worden gehanteerd gebaseerd op het sociaal minimum, het bedrag dat mensen nodig hebben voor levensonderhoud. Onder levensonderhoud vallen kosten zoals boodschappen en huur.

Om inkomensondersteuning te verkrijgen, moet de zelfstandige verklaren dat hij verwacht dat als gevolg van de coronacrisis zijn inkomen de komende drie maanden minder zal zijn dan het sociaal minimum. Het inkomen wordt dan maximaal drie maanden aangevuld. Hierbij geldt voor gehuwden en samenwonenden dat het inkomen wordt aangevuld tot een bedrag van 1.500 euro netto en voor alleenstaanden tot 1.050 euro netto. Het betreft een gift en hoeft dus niet te worden terugbetaald.

Zelfstandigen die meer verdienen dan de bijstandsnorm, of naast hun onderneming meer loon ontvangen uit een regulier dienstverband dan bijstandsnorm, krijgen geen aanvulling. Voor een echtpaar of samenwonenden (met kinderen) waarvan beide partners zelfstandige ondernemer zijn is  1.500 euro netto het maximumbedrag dat wordt uitgekeerd, conform de regels van de Participatiewet. De regeling geldt vooralsnog tot 1 juni 2020. Zelfstandig ondernemers die als gevolg van de coronacrisis in liquiditeitsproblemen komen, kunnen een lening voor bedrijfskapitaal aanvragen van maximaal 10.157 euro met een rente van 2%. Deze is binnen vier weken beschikbaar. De maximale looptijd van de lening is drie jaar. Tot januari 2021 hoeft niet te worden afgelost.

Versnelde procedure
In vergelijking tot de Bbz bevat de Tozo versoepelde voorwaarden en een versnelde procedure. Een aanvraag voor de Tozo wordt zo veel mogelijk digitaal gedaan en kan binnen vier weken worden afgerond, in plaats van de gebruikelijke 13 weken.

Voorwaarden
De zelfstandig ondernemer moet bij de aanvraag verklaren dat zij verwachten dat als gevolg van de coronacrisis hun inkomen de komende drie maanden minder zal zijn dan het sociaal minimum. Wanneer dit achteraf anders blijkt te zijn, moet de zelfstandige dit doorgeven aan de gemeente. De versoepeling houdt in dat er geen onderzoek wordt gedaan naar de levensvatbaarheid van het bedrijf. Daarnaast hebben het vermogen (zoals een spaarrekening en huisbezit) en het inkomen van de partner geen invloed op de tegemoetkoming. De regeling is zo eenvoudig en snel uitvoerbaar.

De regeling geldt voor zelfstandig ondernemers, onder wie zzp’ers, die in Nederland gevestigd zijn en hoofdzakelijk in Nederland werken. Daarnaast moeten aanvragers voldoen aan het urencriterium voor de zelfstandigenaftrek. Dat houdt in dat zij het afgelopen jaar minimaal 1.225 uur per jaar (24 uur per week) als zelfstandige werkzaam zijn geweest. Werkt een aanvrager korter dan een jaar als zelfstandige, dan geldt het urencriterium voor het aantal maanden dat is gewerkt. Tot slot moet een zelfstandige zijn ingeschreven bij de Kamer van Koophandel voordat deze regeling is aangekondigd, dus voor 17 maart 2020 18.45 uur.

Het kabinet doet een dringend beroep op zelfstandig ondernemers om alleen gebruik te maken van de regeling als dat echt nodig is. Achteraf zal worden gecontroleerd. Gemeenten zijn verplicht om bij fraude de toegekende bijstand terug te vorderen en een boete op te leggen.

DGA’s
Ook een directeur-grootaandeelhouder (DGA) van een besloten vennootschap kan in principe een beroep doen op de tijdelijke regeling, als deze voldoet aan de wettelijke eisen: het urencriterium, er moet sprake zijn van volledige zeggenschap en van het dragen van de financiële risico’s. Ook dient de DGA naar waarheid te verklaren en aannemelijk te maken dat zijn/haar B.V. nu geen salaris kan uitbetalen.

Voorschotten Tijdelijke Overbruggingsregeling Zelfstandige Ondernemers gepubliceerd
Vandaag zijn beschikkingen met de eerste voorschotten – van in totaal € 250 miljoen – aan gemeenten verzonden. Gemeenten ontvangen dit voorschot voor de uitvoering van de Tijdelijke Overbruggingsregeling Zelfstandige Ondernemers (Tozo).

Bekijk het overzicht van voorschotten per gemeente.

Tip: De Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid (NOW), een andere regeling die zorgt dat bedrijven hun personeel kunnen doorbetalen, is naar verwachting over enkele dagen gereed. Een zelfstandige ondernemer met personeel kan voor zijn loonkosten een tegemoetkoming aanvragen in de NOW-regeling.

Het is bovendien niet nodig meteen bewijsmateriaal mee te sturen. Daar krijgt de ondernemer langer de tijd voor. De invorderingsrente die normaal gesproken ingaat na het verstrijken van de betalingstermijn wordt tijdelijk verlaagd van 4% naar bijna 0%. Dit geldt voor alle belastingschulden. Ook het tarief van de belastingrente gaat tijdelijk naar bijna 0%. Deze verlaging zal gelden voor alle belastingen waarvoor belastingrente geldt. Het kabinet zal de belastingrente zo snel mogelijk aanpassen.

Uitstel van betaling van belastingen
Ondernemers kunnen met een brief uitstel van betaling aanvragen bij de Belastingdienst. Nadat het verzoek is ontvangen zet de Belastingdienst de invorderingsmaatregelen stil en krijgen ondernemers dus per direct uitstel van betaling. Individuele beoordeling van het verzoek vindt later plaats. Ondernemers hoeven niet meteen de vereiste “verklaring van een derde-deskundige” mee te sturen. Het kabinet wil dit proces voor de ondernemers zo eenvoudig mogelijk maken met zo min mogelijk administratie. Het kabinet onderzoekt nog hoe dit het meest eenvoudig kan worden vormgegeven.

Verzuimboete vervalt
Om ondernemers tegemoet te komen zal de Belastingdienst de komende tijd een boete (een zogenaamde “verzuimboete”) voor het niet (tijdig) betalen achterwege laten of terugdraaien. De behandeling van verzoeken om uitstel van betaling moet handmatig plaatsvinden, waardoor behandeltijden kunnen oplopen als veel verzoeken binnenkomen.

Invorderingsrente naar bijna 0%
Als een aanslag niet op tijd wordt betaald, moet normaal gesproken 4% invorderingsrente worden betaald vanaf het moment dat de betaaltermijn is verstreken. Om te faciliteren dat ondernemers gemakkelijk uitstel van betaling aanvragen verlaagt het kabinet de invorderingsrente vanaf 23 maart 2020 tijdelijk van 4% naar 0,01%. Deze tariefsverlaging zal gelden voor alle belastingschulden. Omdat het uitvoeringstechnisch niet mogelijk is het percentage naar 0% te verlagen, wordt het percentage (tijdelijk) vastgesteld op 0,01%.

Belastingrente naar bijna 0%
Belastingrente wordt gerekend als een aanslag te laat kan worden vastgesteld, bijvoorbeeld omdat de aangifte niet op tijd of niet voor het juiste bedrag wordt ingediend bij de Belastingdienst. Het tarief van de belastingrente is 8% voor de vennootschapsbelasting en 4% voor overige belastingen. Om ondernemers tegemoet te komen zal het kabinet het percentage van de belastingrente ook tijdelijk verlagen naar 0,01%. Deze verlaging zal gelden voor alle belastingen waarvoor belastingrente geldt. Het kabinet zal de belastingrente zo snel mogelijk aanpassen. Daarbij geldt om uitvoeringstechnische redenen dat de tijdelijke verlaging van het percentage van de belastingrente ingaat vanaf 1 juni 2020. De enige uitzondering hierop vormt de tijdelijke verlaging van het percentage van de belastingrente in de inkomstenbelasting, die zal ingaan vanaf 1 juli 2020.

Wijzigen van de voorlopige aanslag
Ondernemers betalen nu belasting op basis van een voorlopige aanslag inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting. Ondernemers die een lagere winst verwachten door de coronacrisis kunnen een verzoek indienen voor een verlaging van de voorlopige aanslag. Deze verzoeken zullen door de Belastingdienst worden ingewilligd. Daardoor gaan ondernemers meteen minder belasting betalen. Het kan ook zo zijn dat het bedrag van de nieuwe voorlopige aanslag lager is dan de belasting die de ondernemer in de eerste maanden van dit jaar al heeft betaald. In dat geval krijgt de ondernemer het verschil uitbetaald.

Voor kleine ondernemers die geraakt worden door de coronaproblematiek, wordt uitstel van aflossing aangeboden voor de duur van zes maanden en wordt de rente gedurende deze periode automatisch verlaagd naar 2%. Het kabinet ondersteunt Qredits voor deze maatregel met maximaal 6 miljoen euro. Deze ondersteuning zal in principe gelden voor een termijn van negen maanden. De openstelling van deze crisismaatregel loopt tot eind mei 2020.

De openstelling geldt uitsluitend voor coronagerelateerde aanvragen. Qredits zal hiervoor een adequate toets ontwikkelen. Met deze maatregel wordt verwacht dat Qredits 3.000 tot 6.000 ondernemingen kan faciliteren de huidige ongewisse economische malaise het hoofd te bieden. Het Kabinet zal deze maatregel met de Europese Commissie bespreken en kan daarna per direct geïmplementeerd worden door Qredits.

Het gaat hier in het bijzonder om eet- en drinkgelegenheden en andere bedrijven die het grootste deel van hun activiteiten noodgedwongen moeten staken, zoals schoonheidssalons en anderen die mogelijk in de problemen komen vanwege de 1,5 meter afstandseis. Zij zien hun inkomsten grotendeels teruglopen, terwijl hun vaste lasten gewoon doorlopen en hun uitgaven in veel gevallen al gedaan zijn. Deze inkomsten kunnen bovendien moeilijk worden ingehaald wanneer de COVID-19-uitbraak achter de rug is. Eis is wel dat het ondernemingen betreft met een fysieke ruimte buiten het eigen huis.

Het betreft een eenmalig forfaitair bedrag van € 4.000,- voor de periode van drie maanden en geldt alleen voor ondernemingen die qua type en sector in ieder geval aan bovengenoemde voorwaarden voldoen. De voorwaarden worden op dit moment verder uitgewerkt. Indien nodig worden deze voorwaarden steeds geactualiseerd.

UWV zal een voorschot verstrekken van 80% van de gevraagde tegemoetkoming. Hierdoor kunnen bedrijven hun personeel blijven doorbetalen. Voorwaarde is dat er geen personeel ontslagen mag worden om bedrijfseconomische redenen in de subsidieperiode. Deze Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkbehoud (NOW) wordt zo spoedig mogelijk opengesteld en is de vervanger van de huidige regeling werktijdverkorting. Hiervoor kunnen bij SZW per direct geen nieuwe aanvragen meer voor worden ingediend. Aanvragen die al zijn gedaan, maar nog niet afgehandeld, zullen worden afgehandeld in de nieuwe regeling. Ondernemers kunnen de tegemoetkoming aanvragen voor een omzetdaling vanaf 1 maart 2020.

Loskoppeling van WW
Deze regeling geldt voor bedrijven van alle omvang. Bovendien is het aanvraagproces door loskoppeling van de WW sterk vereenvoudigd, en worden geen WW-rechten van werknemers opgesoupeerd. De tegemoetkomingsregeling voorziet in ondersteuning in de vorm van tegemoetkoming in de loonkosten van vaste werknemers en werknemers met een flexibel contract voor zover zij in dienst blijven gedurende de aanvraagperiode. Indien een oproepkracht voldoet aan de reguliere voorwaarden voor een WW-uitkering kan op basis daarvan een uitkering worden verstrekt. Werkgevers kunnen dus ook werknemers met flexibele contracten met behulp van de tegemoetkoming in de loonkosten in dienst houden. Ook uitzendbureaus kunnen voor uitzendkrachten die bij hen in dienst zijn een aanvraag indienen.

Toetsing achteraf
Achteraf wordt vastgesteld wat het daadwerkelijke verlies in omzet is geweest. Voor grote aanvragen is hierbij een accountantsverklaring vereist. Bij de definitieve vaststelling van de tegemoetkoming vindt een correctie plaats indien er sprake is geweest van een daling van de loonsom. Op basis van de te verstrekken gegevens kan derhalve achteraf worden vastgesteld of het voorschot te ruim of te beperkt is geweest, en kan de definitieve tegemoetkoming worden vastgesteld. Daarbij zal nabetaling of terugvordering aan de orde kunnen zijn.

Meer informatie
Meer informatie over de nieuwe regeling vindt u hier.

Inhoud tijdelijke regeling:

  • De toets op levensvatbaarheid die het Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) kent, wordt niet toegepast, waardoor een snelle behandeling van aanvragen mogelijk is.
  • Daarmee wordt binnen 4 weken voor een periode van maximaal 3 maanden inkomensondersteuning voor levensonderhoud verstrekt. Nu kan dat 13 weken duren. Daarbij kan er met voorschotten worden gewerkt.
  • De hoogte van de inkomensondersteuning is afhankelijk van het inkomen en de huishoudsamenstelling maximaal ca. € 1.500, – per maand (netto).
  • Deze versnelde procedure geldt ook voor aanvragen voor een lening voor bedrijfskapitaal tot maximaal € 10.157,-.
  • De inkomensondersteuning voor levensonderhoud wordt ‘om niet’ verstrekt; de ondernemer weet dus zeker dat deze niet later terugbetaald hoeft te worden. Er is in deze tijdelijke regeling geen sprake van een vermogens- of partnertoets.
  • Bij de verstrekking van een lening voor bedrijfskapitaal wordt een mogelijkheid tot uitstel van de aflossingsverplichting opgenomen.
  • Bij de verstrekking van een lening voor bedrijfskapitaal zal een lager rentepercentage dan thans in het Bbz geldt worden gehanteerd. Het kabinet doet een oproep aan zelfstandige ondernemers om slechts gebruik te maken van de regeling indien dat nodig is.

De regeling wordt nog verder uitgewerkt. Daarbij zal ook worden gekeken hoe een grotere toestroom van aanvragen op snelle en zorgvuldige wijze behandeld kan worden en wat daar verder voor nodig is.

De subsidie geldt voor emissieloze personenauto’s, zowel gebruikt als nieuw, met een oorspronkelijke cataloguswaarde tussen de € 12.000 en € 45.000 euro en minimale actieradius van 120 kilometer. De auto moet wel enkele jaren in Nederland bij dezelfde eigenaar blijven. Als mensen hun leasecontract binnen vier jaar beëindigen, stopt ook de subsidie, die in maandelijkse termijnen wordt uitbetaald. Eigenaren die binnen drie jaar een andere auto kopen, betalen een deel van de subsidie terug.

Om misbruik te voorkomen kan de subsidie alleen worden verkregen bij aankoop of lease via een erkend bedrijf en kan een particulier slechts één keer subsidie aanvragen.

Elektrische auto’s hebben een steeds lagere aanschafprijs. Daarom loopt het subsidiebedrag voor nieuwe auto’s de komende jaren terug. Voor gebruikte auto’s blijft het € 2.000.

De regeling wordt naar verwachting in mei of begin juni definitief vastgesteld. Elektrische auto’s die vanaf dat moment privé gekocht of geleaset worden komen in aanmerking voor de subsidie, die vanaf 1 juli aangevraagd kan worden bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).

Tip: Overweegt u als particulier een elektrische middenklasser aan te schaffen, wacht dan tot de regeling definitief is.

Voorwaarden werktijdverkorting

  • uw bedrijf is getroffen door een bijzondere situatie die niet onder het normale ondernemersrisico valt;
  • u verwacht voor een periode van minimaal 2 tot maximaal 24 kalenderweken minstens 20% minder werk.

Een vergunning wordt in ieder geval niet verstrekt:

  • over de perioden voorafgaand aan de datum waarop de aanvraag voor ontheffing bij het ministerie is ontvangen; 
  • voor zover het aantal personeelsleden niet op de voor het bedrijf redelijk te verwachte behoefte is afgestemd; 
  • indien de vermindering van werkzaamheden samenhangt met een werkstaking.

Geen werktijdverkorting voor oproepkrachten en uitzendkrachten
U kunt werktijdverkorting aanvragen voor werknemers waarvoor u een loondoorbetalingsplicht heeft. Voor oproepkrachten met een nul-urencontract en uitzendkrachten kunt u geen werktijdverkorting aanvragen.

Vergunning Werktijdverkorting aanvragen
Een vergunning voor werktijdverkorting vraagt u aan bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). De vergunning geldt maximaal 6 weken. 

Verlenging vergunning
Is er na afloop van de vergunning nog geen verbetering in uw bedrijf? Dan kunt u verlenging van de vergunning aanvragen. De werktijdverkorting mag in totaal maximaal 24 weken duren.  

WW-uitkering voor personeel aanvragen
U moet de ontvangst van de vergunning voor werktijdverkorting direct bij het UWV melden. Na de melding kunt u een WW-uitkering voor uw personeel aanvragen bij het UWV. Als uw werknemers aan de voorwaarden voldoen, maakt het UWV de WW-uitkeringen aan u over. Uw werknemers blijven bij u in dienst. Meestal merken zij financieel dus weinig van de werktijdverkorting, zij ontvangen gewoon hun loon.

Let op: Minister Koolmees heeft in reactie op een motie over de impact van het coronavirus aangegeven dat invoeren van bijzondere corona-werktijdverkorting of deeltijd-WW grote haken en ogen kent. Op korte termijn is deeltijd-WW niet in te voeren. Wel wil hij kijken naar andere geschikte instrumenten.

Onzakelijke leningen
Volgens de Belastingdienst en de rechter waren het onzakelijke leningen. Zakelijk handelen door de BV (in de persoon van belanghebbende in zijn hoedanigheid van aandeelhouder) vereiste een herbelegging van de gelden in een financieel gezond investeringsobject. De BV heeft er, direct na de ontvangst van de gelden, voor gekozen om de herbelegging te gieten in de vorm van leningen aan de DGA. Ten tijde van het aangaan van de nieuwe leningen was de persoonlijke financiële positie van belanghebbende echter dermate zwak dat reeds bij het aangaan van de nieuwe leningen aannemelijk was dat een reële kans op terugbetaling ontbrak.

Afkoop totale pensioenaanspraak
Dit betekent afkoop van de pensioenaanspraak die de DGA op de BV heeft. De totale pensioenaanspraak, bijna € 350.000, wordt tot het belastbaar inkomen uit werk en woning  gerekend. Bovendien wordt zogenaamde revisierente in rekening gebracht.

Tip: Het blijft uitkijken met geld lenen van de eigen BV. De Belastingdienst kan proberen aannemelijk te maken dat een onzakelijke lening moet worden beschouwd als een uitkering ineens van het gehele pensioen uit de eigen BV.

Hoe worden de bestelauto’s in de praktijk gebruikt?
Van elke bestelauto maken steeds twee mensen gebruik. Ze bezoeken 6 tot 15 klusadressen per dag. Zij gaan met de auto naar de klus en soms wordt gevraagd om mee te helpen bij een andere klus. Degene van het koppel die de bestelauto naar het klusadres rijdt en weer terug of naar een andere klus kan wisselen per rit en per dag. De werkgever verricht klussen die soms meerdere dagen, soms een dag of soms een dagdeel duren. Afgesproken is dat in beginsel degene die het verst weg woont van het klusadres de bestelauto ‘s avonds mee naar huis neemt en de volgende dag de ander ophaalt. Soms rijdt een andere werknemer in plaats van een van de werknemers van het vaste koppel mee. Bij vakantie van een van de twee rijdt in beginsel de andere werknemer in de auto al dan niet samen met een collega. Er is geen kilometeradministratie bijgehouden voor de bestelauto’s.

Naheffingsaanslag wegens bijtelling privégebruik
De Belastingdienst legt ten aanzien van de bestelauto’s naheffingsaanslagen op met bijtellingen privégebruik auto. Waarom? De Belastingdienst stelt dat hier sprake is van een door de werkgever makkelijk vast te stellen volgtijdelijk gebruik gedurende een bepaalde periode door één werknemer en daarna door een andere werknemer van dezelfde auto. Dan geldt de regeling eindheffing afwisselend gebruik niet. Bovendien kunnen de bestelauto’s in privé voor meer dan 500 kilometer worden gebruikt, past de werkgever op het privégebruik geen controle toe, blijven de bestelauto’s ’s avonds niet op het bedrijfsterrein van de werkgever staan, zodat de auto’s dus ongelimiteerd in privé kunnen worden gebruikt.

Oordeel rechter
De twee vaste werknemers bepalen onderling wie de bestelauto mee naar huis neemt. Meestal is dat de persoon die het verste weg woont van de opdracht die op dat moment wordt uitgevoerd en de ander ophaalt en thuisbrengt. De Belastingdienst heeft aangevoerd dat de werkgever gemakkelijk kan vaststellen wie de bestelauto ’s avonds mee naar huis neemt. Dit berust op de aanname dat alleen privéritten plaats zullen vinden door degene die de bestelbus mee naar huis neemt. Deze aanname is onjuist; een werknemer kan onderling met de ander afspraken maken over het gebruik van de auto en de privéritten.

De regeling is juist bedoeld als praktische regeling voor situaties waarin de bestelauto’s in privé voor meer dan 500 kilometer kunnen worden gebruikt, de werkgever op het privégebruik geen controle toepast, dat de bestelauto’s ’s avonds niet op het bedrijfsterrein van de werkgever blijven staan en dat de auto’s dus ongelimiteerd in privé zouden kunnen worden gebruikt. Daarom vervalt de correctie door de Belastingdienst.

Tip: De Belastingdienst komt na een controle soms met onverwachte standpunten over de toepassing van de regelgeving in uw bedrijf. Als uw adviseur kunnen we met onze kennis van de fiscale regelgeving de Belastingdienst vaak op andere gedachten brengen. Een gang naar de rechter proberen we te voorkomen, maar helaas lukt dat niet altijd.